Agile over de top

Hoe wendbaarheid én stabiliteit van nature samengaan.

Agile over de top

De noodzaak om als organisatie wendbaar te zijn in de huidige complex dynamische omgeving is inmiddels wel duidelijk. Er is bijna geen ontkomen aan, gezien de vele adviezen, artikelen, boeken en congressen over ‘agile’. En ook de voorbeelden van organisaties die onvoldoende wendbaar bleken, spreken tot de verbeelding. Denk aan gerenommeerde organisaties die eens marktleider waren, zoals Kodak, Nokia, Palm en Blockbuster. De aandacht voor initiatieven en ontwikkelingen voor wendbaarheid is absoluut terecht. We dienen echter wel op onze hoede te zijn dat we wendbaarheid niet als een doel op zich gaan zien in plaats van een middel tot een doel. Hierdoor zouden perspectieven en keuzes bij verdere ontwikkelingen alleen maar verengd worden, hetgeen juist niet de bedoeling is. Bovendien kan een éénzijdige aandacht voor een bepaalde eigenschap of kracht afbreuk doen aan een evenwicht tussen met elkaar samenhangende krachten in een organisatie. Dit alles vraagt om een genuanceerde benadering van wendbaarheid of ‘agile’.

Wendbaar en stabiel

In een complex dynamische omgeving dienen we om te kunnen gaan met paradoxen (Zie blogartikel ‘Paradoxen in leiderschap’). Wendbaarheid is een onderdeel van een paradox waarin we een verband kunnen leggen met de ogenschijnlijk tegengestelde betekenis van stabiliteit. Het gaat om het samengaan van wendbaarheid en stabiliteit. Denk bijvoorbeeld aan draaikolken en orkanen: water of lucht stroomt met hoge snelheid terwijl de vorm van de draaikolk of de orkaan stabiel blijft. In ons streven naar wendbaarheid is het van belang om aandacht te behouden voor stabiliteit. Het één kan niet wijzigen zonder mogelijke consequenties voor het ander. Een organisatie kan niet alleen maar wendbaar zijn. Net zo min kan slechts een deel van de organisatie wendbaar zijn. Wel kunnen er verschillen in wendbaarheid in een organisatie bestaan. Denk aan wendbare teams die met innovatie bezig zijn tegenover teams die voor de huidige productie zorgen. Zolang de verschillen in wendbaarheid niet te groot zijn zal de organisatie stabiel zijn in de huidige structuur. De vraag is echter wat er gebeurt als de interne verschillen in wendbaarheid groter worden.

Feedback mechanisme in organismen

Een beter zicht op de relatie tussen wendbaarheid en stabiliteit wordt ons geboden door de natuur wanneer we organisaties als levende organismen beschouwen (Zie blogartikel ‘Natuur met de mens aan de basis van netwerkorganisaties’). Levende organismen zijn open systemen die zich ver van hun evenwichtstoestand bevinden. Dit betekent dat er zodanige verschillen in het systeem zijn dat er een constante stroom van energie en materie is. Hierbij weet het organisme een stabiele vorm te behouden dankzij een feedback mechanisme in de vorm van allerlei terugkoppelingen. De terugkoppelingen kunnen zowel interne negatieve (remmende) als positieve (versterkende) effecten hebben. Terwijl remmende terugkoppelingseffecten veelal bijdragen aan de stabiliteit, kunnen effecten van versterkende terugkoppelingen zorgen voor het bereiken van kritieke instabiliteit. Bij die instabiliteit verkeert het systeem in chaos van waaruit het spontaan kan transformeren naar een nieuwe ordeningsvorm met ontwikkeling en evolutie als gevolg. Het feedback mechanisme en het ontstaan van nieuwe ordeningsvormen en structuren zijn kenmerkend voor het zelforganiserend vermogen van een levend organisme.

Structureel ruimte en ontvankelijkheid

De vraag is hoe organisaties op een natuurlijke wijze wendbaar kunnen zijn. Net als levende organismen moeten organisaties daarvoor beschikken over een zelforganiserend vermogen op basis van een feedback mechanisme met allerlei terugkoppelingen. Deze kunnen alleen ontstaan als er in de organisatie structureel ruimte is voor het onderling delen van nieuwe ontwikkelingen en initiatieven voor wendbaarheid. Daarbij is de ontvankelijkheid voor nieuwe ideeën en kennis een goede indicator voor het innovatief en wendbaar vermogen van de organisatie. Wanneer er zowel ruimte als ontvankelijkheid is kunnen er goede verbindingen ontstaan tussen de innovatieve wendbare teams en de operationele productie teams. Door continue afstemming en aanpassing ontstaat een stroom van innovatie in de organisatie met zowel remmende terugkoppelingen (door operationele teams) als versterkende terugkoppelingen (door diverse wendbare teams). Het resultaat van de onderlinge feedback is bepalend voor de ontwikkeling van de organisatie op het gebied van wendbaarheid. Het is essentieel dat de verschillende teams in voldoende mate blijven afstemmen en aanpassen om de onderlinge verschillen beperkt te houden.

Agile laten samengaan

Met het zelforganiserend vermogen kan een organisatie als levend organisme wendbaar inspelen op de ontwikkelingen. Voor deze wendbaarheid is ook stabiliteit van belang. Wanneer de verschillen in wendbaarheid tussen de verschillende teams te groot worden zal de organisatie op een zeker moment instabiel worden en in een chaotische toestand terechtkomen. Alleen door transformatie naar een nieuwe ordeningsvorm kan de organisatie weer stabiel worden en zich verder ontwikkelen. Voor het goed functioneren en ontwikkelen van een organisatie dient wendbaarheid als in de natuur samen te gaan met stabiliteit. Laat ‘agile’ samengaan in plaats van over de top gaan.

Zie ook de blogartikelen ‘De tweesprong in organisatieontwikkeling‘ en  ‘Zonder structuur een kort avontuur met zelfsturende teams’.